Onze José schrijft met veel plezier en bravoure de prachtigste thriller-verhalen. Dit verhaal is zeer herkenbaar en je krijgt er beslist goeie zin van!
Geschonden
Mijn hart bonst in mijn keel. Ik schrik van de blik in zijn ogen, meelevend maar toch schittert er ook iets duisters in die donkere expressie. Het zweet breekt me aan alle kanten uit als hij me gedecideerd achterover legt. Mijn rug en billen lijken zich meteen vast te klampen aan mijn netelige situatie. Strak gespannen, terwijl gedachten – een mengelmoes van angst en onrust – in mijn hoofd wedijveren om voorrang.
Zijn zachte kalmerende stem maakt mijn penibele situatie er echt niet beter op als ik voel hoe zijn vingers zachtjes mijn lippen beroeren en hij zijn lijf steeds dichter naar me toe manoeuvreert.
In een helder moment bedenk ik dat ik hem zomaar in zijn kinderbijslag kan knijpen als hij nog iets dichterbij komt. Mijn rechterhand ontspant een beetje, ik krom mijn vingers en bezin me op mijn aanvalstiming.
Maar plotseling overdondert hij me, opent abrupt mijn gevoelloze lippen en steekt zonder mededogen zijn apparaat in mijn mond. Het voelt alsof de wereld voor me vergaat, overgeleverd aan een fanatiekeling die weet wat hij wil. Ik proef het rubber – ja hij doet het wel veilig – en voel het instrument van zijn gedachten steeds maar weer in en uit gaan, steeds heftiger lijkt het.
Ik zet me schrap, kan geen kant meer op en mijn handen weigeren dienst, knijpen daar dènk ik niet eens meer aan!
Een eenzame traan biggelt als een stille getuige over mijn wang als hij tekeer gaat in mijn mond en me wel vijftig tinten sterren laat zien terwijl hij zachtjes kreunt. Mijn dichtgeknepen ogen vertellen me hun eigen verhaal en ik lig daar alsof ik niet in de ruimte ben, zijn ruimte die hij hier speciaal voor lijkt te hebben gecreëerd. Het zweet staat ondertussen in mijn handen als ik me realiseer dat hij nog eeuwig zo door kan gaan zonder dat ik iets in te brengen heb. Zijn adem verwarmt mijn rechterwang als hij een opgetogen kreetje slaakt terwijl hij zijn laatste beweging maakt.
Geschokt maar opgelucht voel ik hoe de rubbersmaak verdwijnt en hij zich terug trekt om een paar seconden later te beseffen dat ik iets vloeibaars proef. Mijn ogen vliegen open en ik kijk hem gespannen aan. Zal hij klaar zijn of komt er nog meer? Duizelig voel ik me en op de een of andere manier aangetast, gekrenkt in mijn geloof en rotsvast vertrouwen in hem.
Waarom!? Waarom moet hij nu zo triomfantelijk kijken? Ik krijg de neiging om te spugen maar hou me gelukkig nog in.
Hij helpt me overeind, zou hij spijt hebben?
‘Sorry, ik hoop dat het een beetje meeviel’ zegt hij ook nog!!
Nou nee, het viel niet echt mee wil ik zeggen maar helaas komt er weinig zinnigs uit mijn mond.
Bedremmeld en met een mond vol verdoving en gaasjes kijk ik nog even naar de kies tussen de tang in zijn hand die hij inspecteert op gaafheid.
Zo’n tandarts zal toch ook niet veel vrienden hebben.
José Bergh
Geef een reactie