Een luchtig en herkenbaar verhaal van Annie over haar kleinkinderen. Met liefde en aandacht beschreven.
Rob
Kleine kinderen worden groot…..een cliché uitdrukking…maar o zo waar.
De hangjongeren waarover het vandaag gaat zijn inmiddels (of pas) acht, zeven en zes jaar oud. De onderkanten van hun schoenen worden nog aan de bank schoongeveegd en op deze leeftijd liggen meisjes van zes nog zonder gene met hun benen in de lucht.
Onze kleinkinderen dus. Op een druilerige dag hangt het hele clubje met z’n vieren op de bank. De een overstemt de ander en er worden moppen getapt. Voor de duidelijkheid; de ‘poep, kak en pies’ periode zijn ze aan het ontgroeien en de mopjes maken, zoals de kinderen, ook een ontwikkeling door.
Juul is aan de beurt en aan zijn gezicht is te zien dat hij de mop zelf heel erg leuk vindt.
“Dreij Belse zitte op eine motor en reije over de autoweeg. Weem van die dreij is Rob?” De antwoorden lopen uiteen van “Rob kan toch neet motorreije” tot “ich weit neet weem Rob es”. “Rob es eine sukkel” klinkt heel gedurfd en samen gieren en brullen ze en laten zich van de bank vallen.
Uiteindelijk is Rob een “motorsukkel”, maar een antwoord heeft Juul nog steeds niet en uiteindelijk gaat hij het maar verklappen. “Ich zal ’t zegge. Rob zitj in ’t midde, want eine zitj veur Rob en de angere zitj achter Rob. Het is stil en Juul herhaalt; “eine zitj veurop en de angere zitj achterop”.
Kwartjes vallen soms langzaam en in dit geval duurde het ook even, maar de landing van dit kwartje overstijgt de kneuterige gezelligheid en er wordt serieus naar elkaar geknikt. Juul is heel tevreden over zijn bijdrage en kruipt weer in een hoekje. Wie kan hier tegenop?
Een paar tellen later kruipt het zootje ongeregeld weer over en op elkaar en vliegen woorden zoals kakdoeës, poepeschietert weer uit hun monden en proberen ze al boerend het alfabet op te zeggen.
Oooh, heerlijke kindertijd.
Annie Kessels
27-10-2015
Hilarisch leuk!! 😛